Paprika
De oorsprong van paprika ligt in Zuid- en Noord-Amerika. Eind 16e eeuw kwam de groente naar de Middellandse-Zeelanden. Paprika behoort net als tomaat, aubergine en aardappel tot de nachtschade-achtigen. Het is een holle vruchtgroente met stevig vruchtvlees en witte kern waaraan zaden zitten.
Er bestaan verschillende kleuren (o.a. rood, oranje, groen en geel) en vormen (rond, langwerpig en bijna rechthoekig). Groene paprika’s zijn onrijp en scherper van smaak dan de rijpe rode, gele en oranje, die soms bijna zoet smaken. In België worden paprika’s in verwarmde kassen geteeld. Ze bevatten veel vitamine C en mineralen. Hoe rijper de vrucht, hoe hoger het gehalte aan voedingsstoffen. Bewaar paprika’s niet in de koelkast, maar op een koele plaats (12°C), omdat anders de kans bestaat dat ze gaan rotten. Ze kunnen zowel warm als koud gegeten worden.
Paprika recepten - Download (.pdf 493 KB) »